Het mosterdzaadje wordt een boom.
Ook de zusters van Denekamp beleven in de decennia tussen 1920 en 140 een opmerkelijke bloei periode in hun geschiedenis,zowel kwanitatief als kwalitief.
Een jongenshuis op de Veluwe?
Bij het inrichting van het eigen Nederlandse nowiciaat had de bisschop moeten dispenseren van het kerkrechtelijke voorschift dat de kinderen met de geprofeste zusters onder het zelfde dak zouden wonen en novicen.
Die uitzonderingspositie bleef voor de zusters een grote zorg.
Het leek erop dat een oplossing van de kant van de bisschop zal komen.
Hij vertelde de zusters in het najaar van 1917 dat een mijnheer Friedrich Caecar,
vermogend speelgoedfabrikant in Amsterdam,van plan was een in Ugechelen bij Apeldoorn een vakantiehuis met kapel te bouwen voor bleekneusjes uit de grote stad.
De bisschop dacht dat de heer Caesar wel bereid zou zijn om aan de vakantie of revalidatiehuis ook een weeshuis te verbinden,waarin de jongens uit Denekamp ondergebracht zouden kunnen worden.
